Goorsestraat – Aflevering 8 – Familie Klaver

Terug naar de Goorsestraat in de jaren vijftig. Ook een beetje omwille van de actualiteit staat de familie Klaver centraal in deze aflevering. Want het huis waar Bernard en Dina Klaver in 1925 een schildersbedrijf en drogisterij begonnen, is onlangs in andere handen overgegaan. Sinds kort is Brian Kuipers de eigenaar. Hij kocht het van Marie-José en Gerard Workel die bedrijf en huis op hun beurt in 1993 van de familie Klaver hadden overgenomen. Bernard en Dina Klaver waren aardige mensen. Harde werkers met groot gezin: dat vertelden me enkele oudere dorpsgenoten die ik ernaar vroeg.
Bernard en Dina en hun nazaten staan centraal in het achtste deel van de serie over de Goorsestraat in de jaren 50. Ik sprak uitgebreid met Miny en Riky, de twee kinderen van Bernard en Dina, die nog in Hengevelde wonen. En daar kwam toen toevallig hun broer Albert op bezoek, dus dat was mooi meegenomen en ook ging ik in Haaksbergen nog langs bij Gerrit en Doortje die na Bernard en Dina de zaak jarenlang hebben gerund.

Een groot, kunstzinnig gezin in twee bedrijven

Bernard Klaver en Dina Scholten (van de bakker aan de Gorsveldweg) trouwden op 23 juni 1925, nadat ze aan de Goorsestraat een huis annex winkel hadden gebouwd. Bernard was schilder en daarnaast runde Dina een kleine drogisterij, een combinatie die je vaker tegenkomt. Dat gaf veel drukte en aanloop en tussendoor ontstond er in het nieuwe huis een groot gezin. Miny en Riky vertellen hoe druk vooral hun moeder zonder twijfel geweest moet zijn. ‘Ze was bijna jaar op jaar in verwachting en moest daarnaast hard werken. In het voorjaar kwamen de boeren bussen vol kalk halen bij hen als ze bezig waren met de schoonmaak van huis en schuren. Daar zat altijd dwang achter, want ze brachten de melk naar de melkfabriek en wilden dan op de terugweg de bussen met kalk weer meenemen’, geven de zussen een voorbeeld om te illustreren hoe druk hun moeder vaak was. Ze roemen haar persoonlijkheid. ‘Ze had altijd goede zin, was altijd vrolijk. Met Sinterklaas of verjaardagen maakte ze overal iets leuks van. Ze was heel creatief en het was altijd gezellig. Dan verstopte ze de cadeautjes en vertelde ze verhalen die ze zelf verzon met Hengeveldse mensen in de hoofdrol. Ook zong ze veel. Dat kon ze goed. Kerkliedjes, kinderliedjes, liefdesliedjes. Daar legde ze dan wat drama in. Dat kon ze prachtig, het was een heel lieve vrouw’, vertellen Miny en Riky over moeder Dina.


Bernard als soldaat.

Uiteraard willen we dan ook alles weten van Bernard. Hij was altijd aan het werk. Zomers meer dan in de winter, maar dan had hij vaak schrijfwerk. Rekeningen schrijven bijvoorbeeld. ‘In de opkamer lagen overal verspreid zijn papieren. Daar mocht je dan niet aan komen als je aan het schoonmaken was’, vertelt Miny. Vader Bernard was streng, de kinderen moesten goed luisteren. Hij hield van toneelspelen en luisterde altijd naar de hoorspelen op de radio. ‘De televisie was voor hem een openbaring. Ineens kon hij de acteurs zien. Dat vond hij geweldig. Vader zorgde goed voor zijn gezin. Wijzelf moesten veel helpen. Na lagere school en huishoudschool gingen ze meteen in betrekking. De jongens mochten wel verder leren. Sommigen hebben avondschool gedaan en haalden hun middenstandsdiploma.’ De Klavers vormden een kunstzinnige familie. Toon is daar het duidelijkste voorbeeld van, hij is kunstschilder geworden. Maar aanvankelijk moest hij zijn vader helpen met het schilderen van de huizen en andere gebouwen. Het is regelmatig gebeurd dat hij tussen de middag een landschap ging schilderen en de tijd vergat, tot ergernis van zijn vader.

MINY

Het leven van Miny (82) speelde zich in haar tienerjaren af bij buurman De Witte, het café annex winkel annex waag annex boerderij. Na de lagere school ging ze daar wonen en werken en bezocht ook van daaruit de huishoudschool. Elf jaar bleef ze daar werken en deed er alles, de winkel, het café, schoonmaken. Koken deed oma De Witte. Overigens is Miny na zes jaar samen met haar zus Jo een jaar in betrekking geweest bij een gezin in Bussum. Maar toen ze terug was, ging ze weer door bij De Witte. ‘Het was gezellig daar met al die jongens in huis’, glimlacht ze. Na de lange periode als dienstmeisje bij De Witte werkte Miny nog twee jaar bij Eijkelkamp in Goor en zes jaar in de winkel van Tasche, de bekende modezaak in Hengelo. Tussendoor besteedde ze graag zoveel mogelijk tijd aan haar hobby toneelspelen bij de plaatselijke vereniging De Wegdammers. Ze speelde het liefst dramatische rollen. Miny herinnert zich nog de hoofdrol in De Vreemdeling, een toneelstuk van Antoon Coolen. De Wegdammers stonden toen onder leiding van de bekende regisseur Joop Biekmann. Theo Wegdam en Toon Velthuis waren destijds ook bekende spelers van de toneelclub, die vaak een hoofdrol hadden. Miny: ‘Toon zei wel eens dat ik naar het westen moest gaan om les te nemen van Anton Sweers, een bekende toneelleraar uit Bussum. Hij vond dat ik er het talent voor had.
In oktober van het jaar 1965 trouwde Miny met Hennie Pelle. Ze kregen twee kinderen, Marc en Adéle. Marc werkt bij Servo en woont samen met Renate Blanckenborg. Adéle woont in Rietmolen. Ze is onderwijzeres op de Haaksbergse Montessorischool en is getrouwd met René Meulenkamp. Ze hebben twee kinderen. Miny’s man Hennie, bij velen bekend als Piet, is helaas niet oud geworden. Hij overleed op 14 juni 1982 op 45-jarige leeftijd aan kanker.


Vlnr Riky, Miny en Albert.

Albert (75) heeft 38 jaar gewerkt bij de Boekelose Stoomblekerij, die later Texoprint heette. ‘Daar heb ik het altijd goed naar mijn zin gehad’, vertelt hij. Albert is daarnaast zijn hele leven gek van voetbal geweest. Jarenlang was hij keeper bij WVV en later – toen hij in Haaksbergen woonde – werd hij supporter van HSC’21. ‘Maar daar kom ik nooit meer’, zegt hij, ‘want op zondagmiddag heb je al om half 1 een wedstrijd op televisie, daarna nog om half 3 nog een paar en om half 5.’ Albert is op 28 september 1967 getrouwd met Alie ter Weele uit Boekelo. Albert en Alie hebben één dochter, Liane die in Haaksbergen samenwoont met Erik Methorst.

RIKY

Riky (73) is op de Pellehof onze gastvrouw tijdens het gesprek over de familie. Ze is lichamelijk nogal kwetsbaar. Het probleem zit in de rug door botontkalking en artrose. Maar ze heeft het op de Pellehof waar ze nu twee jaar woont, goed naar de zin. Riky werkte na de huishoudschool halve dagen thuis en was halve dagen in betrekking. Ze trouwde in de zomer van 1970 met Marinus Overbeek, maar ook zij is alweer heel wat jaren weduwe. In 1988 eindigde het leven van Marinus op abrupte wijze toen hij bij Raalte dodelijk verongelukte.
Rikie zong jarenlang op het koor en deed vrijwilligerswerk voor de Zonnebloem. ‘Die komen nu bij mij’, zegt ze. Zelf heeft ze ook altijd de zorg op zich genomen van haar oudere broer Hennie, een bekende persoonlijkheid in het dorp, die geestelijk gehandicapt is. Hennie (bijna 78) woont tegenwoordig in Goor. Het gaat hem goed, vertellen Albert, Miny en Riky. Hij is prima op zijn plek in Huis Heeckeren. Veel Wegdammers missen hem, want bij sommigen kwam hij dagelijks langs. Bijna iedereen kende zijn karakteristieke manier van lopen en fietsen in het dorp of op de wegen tussen Hengevelde en Markvelde. Bij het loonbedrijf van de familie Pelle was hij kind aan huis. ‘Daar kwam hij vanaf zijn achtste jaar elke dag’, vertelt Riky. ‘Maar tijdens zijn rondjes via Markvelde legde hij meestal even aan bij ’t Matje, Broekkamp, de Ros, n Klookn, Blokhorst, Bekkedams Beernd, de Krog, soms ook bij Botterhoes, bij Escher, Jannink en nog meer huizen. Ik vergeet vast nog een paar mensen waar hij ook altijd welkom was’, zegt Riky. ‘Ik herinner me dat de mensen belden als hij niet geweest was. “Is Hennie ziek”, vroegen ze dan. Ze hadden hem dan gemist. Hennie wipte ook dagelijks even bij Varenbrink, Assink en De Witte het café binnen. Even praten, even zijn gezicht laten zien. Soms zeurden de vaste gasten dan wat met hem, soms plaagden ze hem, maar hij gaf altijd meteen antwoord.’ Miny herinnert zich nog dat haar broer Toon hem achterop de fiets meenam naar Enschede. Toon zat daar op de kunstacademie. Hij zette Hennie dan op de trein naar Oldenzaal, waar hij op een speciale school zat.
Riky vertelt hoe goed ze altijd met haar broer heeft samengeleefd en hoe ze voor hem zorgde. ‘We konden het prima vinden met elkaar. Ik heb hem zoveel mogelijk vertroeteld. Als hij a zei, wist ik genoeg. Dan vloog ik voor hem. Als hij uitging, zorgde ik er altijd voor dat hij er mooi uitzag. Dan zag ik hem naar een feest gaan en was ik zelf ook blij.’

SLAAPKAMER

Een paar dagen later ontmoet ik in Haaksbergen Gerrit Klaver en zijn vrouw Doortje, jarenlang bekende inwoners van Hengevelde. Zij namen destijds de zaak over van Bernard en Dina. We bladeren door enkele fotoalbums. Bij de afbeeldingen van het vroegere woonhuis van de familie wijst Gerard op het raam naast de winkeldeur en zegt: ‘Kijk, dat was vroeger de slaapkamer van mijn ouders. Daar zijn alle Klavertjes geboren.’ Hijzelf is er op 23 februari in het jaar 1928 geboren en bleef het ouderhuis trouw tot 1993 toen hij en Doortje de zaak overdeden aan zoon Ronald en zijn toenmalige vrouw. Ze verhuisden naar de Lansinkstraat in Haaksbergen en wonen sinds drie jaar op de Boerenmaat. Ze wonen er heerlijk, zo vertellen ze mij.
Gerrit kwam na de lagere school als hulp terecht bij boer Lansink, bijgenaamd Wenderman, in de Hoeve. ‘Thuis was het druk genoeg en er was weinig werk.’ Het was oorlog. Bij Lansink zaten Joden ondergedoken, vijf aan de ene kant van de deel en vier aan de andere kant. ‘Als het gevaarlijk werd, moest ik ze naar Hengevelde brengen, naar Ten Elzen, de fietsenmaker, waar die ook Joodse onderduikers in huis had. Dan liep ik als dertienjarige voorop en kreeg een fluitje mee. Vijfhonderd meter achter mij liepen de Joden. Als er gevaar was, moest ik fluiten. Het is allemaal goed afgelopen. Na de oorlog werd ik geprezen voor mijn werk. Daar bij Lansink zaten trouwens nog wel vijftien tot twintig onderduikers meer. Eigenlijk is het ongelooflijk dat dat allemaal goed is gegaan, hoewel het ook een keer bijna misging bij een controle.’

SCHILDER

Toen Gerrit 16 jaar was, kwam hij in de zaak van zijn vader. Hij moest schilder worden en werd naar de avondschool in Eibergen gestuurd. ‘Ik was geen uitblinker’, zegt hij eerlijk. ‘Veel interesse had ik niet voor het vak. Maar ik heb het mijn hele leven gedaan enik heb mooie tijden gekend, maar ook mindere periodes.’


In 1959 trouwde hij met de vier jaar jongere Doortje Wielens uit Haaksbergen. ‘We hebben elkaar leren kennen op de kermis in Haaksbergen. We hebben tien jaar verkering gehad. Let wel’, lacht hij’, wat de kuisheid betreft leefden we toen in een andere tijd.’ Ze kwamen in Hengevelde in een apart deel van het huis te wonen. Zijn jongere broers en zussen woonden er ook nog. Doortje noemt het een heel prettige tijd. ‘Ik wil echt pochen op mijn schoonmoeder. Dat was een mens van goud. We woonden onder hetzelfde dak, het leven was goed, er is nooit een woord gevallen. We hebben heel mooie jaren gehad in Hengevelde.’ Doortje runde de winkel na eerst een vierjarige studie voor drogist gevolgd te hebben. Ze hield alles bij. Zo weet ze nog dat ze bijna dagelijks zeker honderd klanten in de winkel had. Overigens, ook tegenwoordig schrijft ze nog elke dag op wat er in hun leven gebeurt. Het is een soort dagboek.


Foto tgv het 25-jarige huwelijk van Doortje en Gerrit. vlnr. staand Peter en Ronald, zittend Linda, Doortje en Gerrit.

Gerrit en Doortje kregen drie kinderen. Hun oudste dochter Linda trouwde met Rinus Hofstede uit Beckum. Ze kregen drie zoons. Linda overleed op 9 januari 2012 op 52-jarige leeftijd aan kanker, een tragisch moment voor haar gezin en ook voor Gerrit en Doortje en hun tweelingzoons Ronald en Peter. Ronald woont sinds de scheiding van zijn eerste vrouw in Lochem. Hij en Jolanda hebben een zelfstandig bedrijf in souvenirs, waar intussen tien mensen werk gevonden hebben. Ze hebben twee kinderen, een tweeling. Het zit in de familie. Peter werkt bij Huuskes in Enschede. Hij woont in Bentelo samen met zijn vrouw Erna Eissink. Ze hebben twee kinderen. Ronald en Peter zijn 15 april 52 jaar geworden.

MARIE-JOSÉ

Na het vertrek van Ronald nam Marie-José Workel in januari 1994 de winkel over. Na enige tijd begon ze ook een pedicure. Op 1 december 2013 stopte ze. ‘Ik kijk met veel plezier terug op die twintig jaar’, zegt Marie-José, die haar pedicure-praktijk aanhoudt. Enkele maanden geleden kocht Brian Kuipers het pand en is nog aan het nadenken over de volgende bestemming ervan. Marie-José en haar man Gerard wonen aan de achterkant en kunnen dat nog vijf jaar blijven doen.

PS. Boven zien we vlnr Miny, Herman, Toon, Albert en Catrien; in het midden Hennie, vader Bernard, moeder Dina en Riky; onder Theo, Jo, Diny en Gerrit. Bij deze foto van de familie zal ik kort wat informatie geven over de broers en zussen die nog niet aan bod gekomen zijn. Het is overigens opvallend hoe vaak bij de Klavers een tweeling geboren is.
Bernard is geboren op 23 april 1893 en overleden op 26 februari 1971. Dina overleed ruim zeven jaar later, op 20 augustus 1978. Ze is geboren op 28 mei 1895.
Herman is in 1926 geboren. Hij was van een tweeling, maar zijn zusje overleed als baby. Hij werd bakker, eerst in Beckum, daarna in Langeveen. Later werkte hij bij Bolletje. Hij is overleden op 17 januari 2013 in zijn woonplaats Almelo. Herman was destijds ook een heel goeie toneelspeler. Hij en zijn vrouw Tonnie Vosmer uit Hengelo kregen zeven kinderen waaronder twee tweelingen. Tonnie is 16 jaar geleden gestorven.
Catrien (van 1927) was kraamverzorgster in Hengelo, Rotterdam, Almelo en Hellendoorn. Ze woont in Nijverdal. Haar partner Marietje Hertsenberg is overleden.
Diny (1930) was getrouwd met Arnold Fluttert uit Delden. Hij had een café maar werd later vertegenwoordiger en zijn toen in Steenwijk gaan wonen. Beiden zijn ze overleden, Diny op 14 oktober 2008 en Arnold in november 2011. Ze hebben vier kinderen.
Toon (1933) is kunstschilder geworden. Hij werkt en woont in Lochem. Hij schilderde vroeger ook de decors van De Wegdammers. Hij is getrouwd met Jo Groothuis uit Hengevelde (van de Rooze). Ze hebben twee kinderen.
Theo (1934) werkte op de melkfabriek, deed een opleiding voor stukadoor en runde met zijn vrouw Elsbeth Groothuis het gelijknamige café in Sint Isidorushoeve. Elsbeth is overleden. Ze hebben drie kinderen.
Jo (1935) woont in Zeddam, daarvoor in Steenderen. Ze is getrouwd met Gerard Severt uit Beltrum. Ze heeft aanvankelijk lange tijd in de winkel gewerkt en daarna bij een drogist in Eibergen. Ze hebben drie kinderen.