Goorsestraat – aflevering 21: familie H. Varenbrink

Tegenover de kerk, naast de sigarenzaak en dichtbij de cafés. De locatie waar Herman Varenbrink, de plaatselijke postbode, in 1932 een huis wilde bouwen, was ideaal. Hij wilde trouwen met Siena Blokhorst uit Markvelde en koos voor een perceel op de hoek Goorsestraat/Kerkstraat. Daar bouwde hij een fraai, statig herenhuis. Ze kregen vijf kinderen, drie dochters (Jo, Annie en Rie) en twee zoons. De oudste zoon heette Harrie. Hij was op 17 juli 1943 een van de zes Hengeveldse slachtoffers van het bombardement. Precies tien maanden later kregen ze weer een zoon die ze ook Harrie noemden, maar later om de een of andere reden de bijnaam Karel kreeg.
Over deze familie Varenbrink gaat aflevering 21 van de serie Goorsestraat.
(foto: 1932, officiële trouwfoto van Hermanus Bernardus Varenbrink en Gezina Aleida Blokhorst)


Harrie Varenbrink alias Karel getekend door Bernadette Assink.

Eigenzinnig, breed georiënteerd, maar ook onbezonnen

Harrie, Karel dus, kende ik het beste. Hij heeft als enige bijna zijn hele leven in Hengevelde gewoond. Karel was een jaar ouder dan ik. Omdat hij een klein jaar ziek geweest was, werden we klasgenoten in de vierde klas van de lagere school. Over deze bijzondere telg van de Varenbrinks zou je een boek kunnen schrijven. Ik weet nog goed dat hij me op de lagere school af en toe uitnodigde mee te gaan naar zijn huis. Zo leerde ik ook zijn ouders kennen, zijn vader Herman met die ietwat langzame manier van praten met een beetje lage lichthese stem. En zijn moeder Siena die thuis de scepter zwaaide. Herman was onderdanig aan haar, dat merkte ik wel.

Karel (zo noem ik hem in dit verhaal ook maar, want zo heeft iedereen hem immers gekend) stond bekend als een eigenzinnige, intelligente en breed georiënteerde man. De eerste tekenen van die eigenschappen tekenden zich al af op de lagere school. Hij kon goed leren, maar ik weet nog dat hij ons in de vijfde en zesde klas achter het fietsenhok roken heeft geleerd. Hij was meestal in bezit van een pakje Cross, dat tien sigaretten bevatte en in de winkel van zijn buurman Smit te koop was. Ook tekende hij met een stok in het zand achter datzelfde fietsenhok hoe de mens zich pleegt voort te planten. Niks seksuele voorlichting van de ouders, Karel nam deze taak graag waar, daar achter de fietsenstalling van de school.

KOSTSCHOOL
Na de lagere school ging hij naar de kostschool. Herman en Siena volgden maar al te graag de gewoontes van prominente zakenlui als Brummelhuis, Veehof en Hafkamp die hun kinderen op enkele uitzonderingen na eveneens meteen na de lagere school inschreven op een kostschool. Voor meisjes was dat vaak het pensionaat in Groenlo. Het duidde op een zekere status, vooral moeder Siena stimuleerde dat. Karels zusjes Jo en Annie hebben ook op een kostschool gezeten. Jo in Steenwijkerwold en Annie in Groenlo, waar ze de ulo deed. Jongens gingen vaak naar Azelo alwaar ze ook de Ulo volgden, maar ook gingen verschillende Hengeveldse jongens naar een school plus internaat in andere delen van het land. Karel kwam in Oudenbosch terecht, waar hij de lts deed. Hij had technisch inzicht en vond in zijn latere leven in die sector zijn bestaan.

Vele jaren heeft hij gewerkt bij machinefabriek BOA in Enschede. Eerst was hij daar servicemonteur. Het bedrijf leverde zijn machines overal ter wereld en dat betekende dat Karel heel wat reizen gemaakt heeft om service te verlenen of moeilijke reparaties uit te voeren. Van Finland tot Argentinië en van het Oostblok tot Canada, Karel is er voor BOA geweest.

<<Karel (rechts) en zijn neef Hennie kamperen.

Hengeveldenaren die hem goed gekend hebben, zullen zich de verhalen over zijn avonturen in die landen nog goed kunnen herinneren. Als hij bij zijn neef Bernard aan de stamtafel zat, kwam hij vlot op gang en vertelde, meestal geïllustreerd door een typische manier van grinniken. Overigens was hij niet om een mening verlegen. Welk gespreksonderwerp ook, Karel kon erover meepraten. Menig keer ook kon je hem snel op de kast krijgen, hetgeen dan weer tot komische uitspraken leidde. Toch waren de mensen die hem goed kenden, gek met hem. Een boosaardig karakter had hij zeker niet. Vaak zat hij gezellig te keuvelen aan de stamtafel bij zijn neven en tevens overbuurman als de telefoon ging. Dan maande zijn moeder Siena dat hij thuis moest komen. Zij had een grote invloed op hem, maar Karel liet zich in principe door niemand corrigeren.

DRANKPROBLEEM
Bij BOA herinneren de oudere werknemers hem als een gezellige prater. Ik sprak een ex-collega van Karel die hem kenschetste als een gezellige man met wie je een heerlijke boom op kon zetten. ‘Beerenburgertje erbij of een biertje’, zei hij, ‘en dan was Harrie goed te pas.’ Dat hij een drankprobleem had, was ook bij BOA bekend. ‘Dat was jammer’, zei de collega. ‘Daarom heeft hij de laatste jaren van zijn leven in het magazijn moeten werken. Omdat hij geen rijbewijs meer had, kon hij niet meer de weg op om als monteur zijn werk te doen.’

Karel dronk af en toe veel, dat was in Hengevelde geen geheim. Daardoor heeft hij ook enkele ongelukken veroorzaakt, waarvan helaas één met een dodelijk slachtoffer. Het leverde hem een paar keer een gevangenisstraf op. Dat was de tragische kant van Karels leven. Mevrouw Denneboom, de thans 88-jarige directeur van BOA wil dat zoveel jaar na dato niet goedpraten, maar benadrukt dat Harrie (zij kende hem natuurlijk niet als Karel) een aardige man was. ‘We waren gek met hem en hebben hem zelfs een keer uit de bajes weten te houden, omdat we konden aantonen dat we hem niet konden missen. Ik herinner me overigens dat hij een aantal keren een ernstig ongeluk heeft veroorzaakt. Hij moest dan in de vakantie “zitten”. Eén keer is hij niet gegaan, waarna de politie hem bij ons op het bedrijf in opdracht van justitie heeft opgehaald.’ Mevrouw Denneboom benadrukte dat Harrie een goeie monteur was die daarom vaak naar een klus in het buitenland werd gestuurd.

JURYLID
Dank zij zijn zwager Harrie Kamphuis die official was bij de KNWU ( de wielerunie), kwam Karel in aanraking  met wielrennen en draaide een aantal jaren mee als jurylid van wielerrondes. Al gauw wist hij alles van wielrennen en wierp hij zich langs de parcoursen en aan de stamtafel op als kenner. Hij deed het graag, maar stopte er na enkele jaren mee. Wel was hij altijd van de partij als een grote delegatie Wegdammers op de woensdag na de Tour de France in Brabant de Acht van Chaam bezocht. Ook daar was Karel een plezierige metgezel.
Verhalen genoeg over Harrie alias Karel, de spraakmakende, aimabele, maar ook af en toe onbezonnen bewoner van de Goorsestraat, die zijn hele leven vrijgezel is gebleven. Hij verkocht het huis dat na het bombardement op de fundamenten van de verwoeste woning werd gebouwd, maar wel een andere stijl had, in 1989 aan de familie Ter Woorst. Hij verkaste naar Haaksbergen, waar hij een eigen bedrijfje opstartte, maar na moeilijkheden met de fiscus en ook weer de nodige drankproblemen moest hij dat na enkele jaren opgeven en verhuisde hij naar Rijssen. Daar bezocht ik hem een keer samen met Theo Meijerink en Karels neef Hennie. Hij woonde op de tweede verdieping van een winkelpand en was zwaar ziek, kanker. We hadden een gezellige avond, maar de staat waarin zijn appartementje zich bevond, duidde op een eenzaam bestaan. Laat ik het zo uitdrukken. Theo, Hennie  en ik hadden te doen met hem. Hij sprak vrijuit over het naderende einde. De laatste weken van zijn leven bracht hij vervolgens door in het verpleeghuis in Delden. Op 3 februari 1999 overleed hij. Enkele tientallen mensen waren present bij zijn afscheid in Delden en Usselo. De spraakmakende Wegdammer verliet deze wereld nagenoeg anoniem op 55-jarige leeftijd. Te jong.

Een familiefoto uit de beginjaren dertig. Staand vlnr Herman, zijn buurman Hendrik Brinkman en zijn zeven jaar jongere broer Arnold. Zittend zijn zussen Sientje en Rika. Overigens was Herman de eerste Hengeveldenaar die een auto had, een zg. T-Ford.

GEWILD
Harries vader Herman was van 5 augustus 1896. Hij was de derde in een gezin van zeven kinderen. Hij was bijna zijn hele leven postbesteller bij de PTT. In 1932 trouwde hij met Siena Blokhorst uit Markvelde. Ze was opgegroeid op de boerderij aan de Steenmorsweg die thans alweer jaren door de familie Pierik gerund wordt. Siena (van 26 november 1904) en haar vier jaar oudere zus Trui woonden daar met hun moeder Jannoa. Trui en Siena waren knappe, jonge vrouwen die gewild waren bij de mannen die op zoek waren naar een partner. Bovendien waren ze samen met hun moeder in het bezit van een boerderij met meer dan 25 hectare grond.

Herman Varenbrink kreeg verkering met Siena, Trui met Gerhard ten Heggeler uit de Slotshoek. Ze trouwden en kwamen tot de volgende verdeling. Trui kreeg het perceel van 15 à 18 hectare wat gelegen is aan de Needsestraat in Markvelde, daar waar later haar dochter Annie en haar man Hennie Ottenschot een huis bouwden en daar thans nog altijd wonen. Siena en Herman kregen de 9 hectare en de boerderij. Ze verhuurden het aan Hendrieks Groot Breteler en gingen in 1932 in hun nieuwe woning in Hengevelde wonen op de hoek van de Goorsestraat/Kerkstraat. Ze namen bovendien de verplichting op zich om Jannoa mee te nemen en te verzorgen tot haar dood, hetgeen ook gebeurd is.

<<Kerstdiner ten huize van Annie (rechts) in Hengelo. Inks Rie, in het midden Harrie, onderaan op de foto de dochter van Annie.

VIJF KINDEREN
Siena en Herman kregen, zoals reeds gezegd, vijf kinderen. Jo ( van 5-11-1933) werkte in de gezinszorg en bij de familie Pierik in Markvelde (het ouderhuis van haar moeder). Later verhuisde ze naar Steenwijkerwold waar ze op een boerderij huishoudster was van een weduwnaar en zijn ongehuwde zoon. In mei 2008 is ze in Steenwijk overleden, nadat ze kort achter elkaar twee hersenbloedingen had gekregen. 

Annie (van 7-6-‘35) kreeg na de ulo in Groenlo een baan bij Delta in Hengelo en daarna op het stadhuis waar ze secretaresse werd van burgemeester Lambooij. Op 5 april 1964 trouwde ze met de reeds genoemde Hengeloër Harrie Kamphuis die ook als ambtenaar bij de gemeente Hengelo werkzaam was. Ze woonden hun hele leven in Hengelo en kregen er twee kinderen. Annie is op 16 april 2012 overleden aan leverkanker.

Na Annie kregen Herman en Siena dus de twee zonen die ze Harrie noemden. De reden daarvan beschreef ik al in de aanhef van dit verhaal. Op 13 november 1947 werd Rie geboren. Ze volgde de ulo in Hengelo en daarna de opleiding tot secretaresse. Ze werkte bij Heemaf en vervolgens kreeg ze een mooie baan als secretaresse van de grote apotheek bij het Julianaziekenhuis. Rie (later Riet) trouwde met Gerrit Bijsterbosch uit het Utrechtse Elst. Ze kregen geen kinderen.  Gerrit is op 11 november 2015 overleden aan prostaatkanker. Hij was toen bijna 66 jaar. Rie woont in Veenendaal. 

  

Harrie en zijn zus Jo.


Herman en pastoor Van den Brink.

Siena in mei 1990


Een feestje. Vlnr Gerrit, Rie, Herman, Siena.

Het graf van Herman en Siena op het kerkhof nabij hun voormalige woning.

In het najaar van 1991, kort na de dood van zijn moeder, verkocht Karel het ouderhuis en vertrok naar Haaksbergen. Een deel van de inboedel ligt klaar om afgevoerd te worden.