Nieuwjaarstoespraak 2017 burgemeester Nauta

Welkom en fijn dat u ook dit jaar met zoveel hierheen bent gekomen. Dat laat zien dat wij ons gevoel van saamhorigheid niet zijn kwijtgeraakt, dat het touwtje door de brievenbus bij ons gewoon die open keukendeur is en blijft! Een speciaal welkom aan onze Commissaris, fijn dat je er weer bent Ank en dat je ons voorhoudt dat schoonheid, zachtheid en kwetsbaarheid ons krachtiger maken, en aan mijn buurvrouw Dika en haar vriendin Hendrika Nijenhuis. In meerdere opzichten ben ik blij dat je hier bent Dika en jij weet dan wat ik bedoel. En goed dat ook Hendrika hier is, een unieke vrouw uit Markelo. Wie heeft u meegenomen? Ik zie politie- en brandweermensen die ook dit jaar zo voor ons hebben klaargestaan. Laat diegenen die stoer denken te zijn door hulpverleners te belagen nooit gemeengoed worden, want het is niet normaal en blijft ontoelaatbaar. Dank dus aan onze mannen en vrouwen. Dank aan al die mensen in en buiten ons gemeentehuis die het woord “dienstbaarheid” betekenis geven door gewoon hun werk te doen. Dankjulliewel. En heel speciaal aan onze mannen van de buitendienst die sinds 1 januari geen “Hof van Twente”, maar “Gildebor” op hun wagens hebben. Ook zij blijven altijd onze mannen.

“Als je verder hebt gezien dan anderen, komt dat omdat je op schouders van reuzen stond.” De ontdekker van de zwaartekracht Isaac Newton, schreef deze woorden in de 17e eeuw. Wij dragen geschiedenis in ons en hebben dat afgelopen jaar heel speciaal ervaren door de viering van 15 jaar Hof van Twente. Want onze Hof kon ontstaan door de geschiedenis van onze kernen en buurtschappen. Op die schouders werd de Hof een unieke gemeente die dat terecht vierde. Met sporttoernooien, kennisquizzen, hofdictees, Hofdance, de elastiekenkoers (hopelijk niet de laatste), de VVV fietsroute, een selfiewedstrijd voor alle 15-jarigen, Hofkoren, Hofpopvoices, een reünie van alle oud bestuurders op Twickel en de drukbezochte Open Dag van ons gemeentehuis.

En dan ben ik vast nog allerlei evenementen vergeten. Iedereen deed mee, alle kernen en buurtschappen en waren enthousiast. Dank aan alle vrijwilligers die de sterke schouders vormen waarop u en ik steeds weer kunnen voortbouwen. Het motto dat ik in Stokkum zag, spreekt boekdelen “waar mensen samen komen, gebeurt iets.” Straks ziet u dat nog terug in een korte film, maar nu wil ik met naam en toenaam Harry Knuiman, Ate Brunnekreef, Ton Floor, Ellen te Riele, Ruut te Veldhuis. Lionne Wolberink, Miriam Visser, Tom Jannink, Binne Visser en Monique Zweers bedanken. Zij coördineerden en hielpen mee te organiseren. Wat zijn jullie samen met zoveel anderen toch een reusachtige club!

We sluiten een bewogen jaar met elkaar af en beginnen aan een nieuw jaar dat alle hoop nog in zich bergt. Kunnen wij die hoop koesteren in de wetenschap dat de vluchtelingenstroom waarschijnlijk nooit voorbij zal gaan? In tijden dat aanslagen het hart van alles waarmee wij zijn grootgebracht raken. Als we de waarde en de spelregels van onze democratie steeds moeilijker lijken te kunnen verdedigen en eerder luisteren naar diegenen die om het hardst roepen dat het niet deugt zonder ooit hun eigen nek uit te steken? Als we weten dat we steeds verder van elkaar wegdrijven in een wereld die steeds ongrijpbaarder wordt? Ja, ik geloof dat we die hoop mogen en moeten voelen. Ik sta daarin niet alleen. Grote denkers van onze tijd als Martha Nussbaum geeft
ons vijf opdrachten tot hoop:

 Oordeel op basis van feiten;
 Beoordeel anderen zoals we onszelf beoordelen;
 Wees nieuwsgierig naar de ander;
 Los samen de problemen op, op voet van gelijkheid en met respect en wederkerigheid;
 Koester altijd hoop.

Het lijken allemaal open deuren, maar voer het maar eens uit. Want we hebben allemaal een oordeel over de ander of dat nu berust op waarheid of niet. En we leggen de lat voor anderen altijd hoger dan voor onszelf. En wanneer zijn we voor het laatst nieuwsgierig geweest naar wat de ander bezighoudt en hebben we daar ook naar gevraagd? Zullen we kijken of we in dit nieuwe jaar samen een aantal van deze deuren echt kunnen openen? De enigen voor wie we de deur gesloten moeten houden zijn de ondermijners. Wat in grote
delen van ons land al langer en steeds openlijker speelt, vindt ook zijn weg naar ons deel van het land. Ondermijning is de officiële benaming voor het uitbuiten van kwetsbare mensen, voor handelingen die volstrekt ontoelaatbaar en onwettelijk zijn. Die onze rechtstaat ondermijnen en zich niet houden aan welke spelregels ook. Alleen door waakzaamheid van ons allemaal kunnen we de vermenging van onder- en bovenwereld te lijf gaan. Laten we die deur gesloten houden.

“Als je verder hebt gezien dan anderen, komt dat omdat je op schouders van reuzen stond.” Als dat besef er is, durven we verder te kijken. Dat is ook mijn hoop in het nieuwe jaar voor Twente. Niet alles is in agenda’s te vatten en zeker niet alles is in geld te vertalen. Het begint met besef van de rijke Twentse geschiedenis op die mooie, oude grond, met nieuwsgierigheid naar elkaar en respect voor elkaar. Van stad en platteland, van agrarische en hightech bedrijvigheid, van groei en krimp, van weg en spoorweg. Inwoners en ondernemers zullen nieuwsgierig moeten zijn naar elkaars kijk op de omgeving, naar elkaars belangen. Of het nu om asbest gaat en de agrarische leegstand of universitair onderzoek en de problemen in achterstandswijken: Bestuurders in Raden, Colleges en maatschappelijke organisaties zullen moeten luisteren en belangen moeten wegen. Juist in dat wegen zullen ze leiderschap en lef moeten tonen. Niet alles hoeft, niet alles kan. Maar het is wel onze plicht om de afweging met respect en fatsoen te maken. Gebaseerd op feiten en op nieuwsgierigheid naar de beweegredenen van de ander. En het is onze plicht om het beter te doen en beter te maken voor de inwoners van Twente. Dat te laten weten in Den Haag en in de Provincie, maar dan ook te leveren, want we moeten ook laten zien en voelen dat we een unieke regio zijn en niet in onze schulp kruipen of elkaar gaan bestrijden. Alleen samen zijn we Twente.

De keukendeur is het Twentse touwtje. Maar die deur kan ook sluiten. Als College werden we verrast door de snelheid waarmee commerciële partijen onze duurzaamheidsambitie wilden invullen. Je kunt ze misschien geen ongelijk geven, maar het past niet bij de manier waarop wij in Twente met elkaar willen omgaan. Dat hadden we anders moeten doen. Maar ondanks alle onbegrip, is er ook hier hoop. Want duurzaamheid staat nu op onze gezamenlijke agenda en we weten nu hoe we het niet willen. Het Platform Buurtschappen heeft de gemeente de hand toegestoken en wordt daarin gesteund door voorvechters als Anita Leeftink. Samen de schouders eronder. De Raad en de provincie geven ons de ruimte, laten we die benutten om te experimenteren en met vallen en opstaan te bereiken waarvoor wij willen staan. Ik zeg dit met volle overtuiging want als er een gemeente is die in staat is om dit te bereiken, zijn wij het. Een gemeente met wethouders die hun deur altijd open hebben en zich kwetsbaaropstellen maar tegelijk mannen met een missie zijn, een gemeente met een Raad die haar werk serieus neemt en vooral lef toont en net zo ambitieus is, een gemeente waar alle kernen en buurtschappen weten wat ze waard zijn, een gemeente die hoog scoort op de ladder van dienstverlening en de transities, een gemeente die met de opvang van 101 vluchtelingen haar taak van 89 vluchtelingen overtrof (en neen, we hebben dat niet gedaan om ons inwoneraantal op te schroeven), een gemeente die lid wordt van de P10, de lobbyvereniging van grootste
plattelandgemeenten in Nederland, een gemeente waar ondernemers hun verantwoordelijkheid nemen of het nu gaat om de participatiewet, de vrijetijdseconomie of de leefbaarheid van onze
centra en een gemeente die gewoon doet wat gedaan moet worden, of dat nu voor onszelf is of
voor Twente. Dat zijn wij samen.

Onze Hof
Een nieuw jaar strekt zich voor ons uit. Ik hoop dat u er net zo naar uit kijkt als ik dat doe en als het College, Raad en medewerkers dat doen. Er zal weer veel gebeuren en het zal niet altijd rozengeur en maneschijn zijn. Laten we onze waardevolle tradities blijven koesteren; het foekepotten, de schutterij, het carbidschieten, het paasvuur, de midwinterhoorn, de kniepertjes en zoveel meer. Tradities die niet overnacht zijn ontstaan en ook niet overnacht mogen verdwijnen. Onze keukendeur moet open blijven staan en tegelijk zullen wij onze gezamenlijke geschiedenis moeten blijven vertellen. Zo doen we dat hier en dat is niet verkeerd. Wij hebben een unieke gemeente, een unieke gemeenschap. In alle kernen en in alle buurtschappen breekt dat nieuwe jaar aan en daarmee even zoveel nieuwe kansen. Gewoon met beide voeten op die oude Twentse bodem blijven staan, geldt voor ons allemaal. Met Kerst kreeg ik een lieve kaart met een herkenbare Twentse boodschap: “Leuk dat je het goed hebt gedaan in
het afgelopen jaar, maar nu gewoon je best weer doen in het nieuwe jaar!”

Graag wens ik u allemaal een hoopvol, respectvol en saamhorig 2017!