WK-finale

Dinsdagmorgen half tien. Het internationale busstation van Rio. Hier en daar plukjes Argentijnen met hun lichtblauw-wit gestreepte shirts. Ze kijken niet blij. Twee dagen eerder zongen en sprongen ze in het rond, maar de Duitsers boorden hun grenzenloze optimisme de grond in. Laten we daar vrede mee hebben. Mijn dochter en ik pakken na een onvergetelijk weekend de bus naar Sᾶo Paulo. Zij gaat woensdag verder met haar toer door Latijns-Amerika, ik ga terug naar de basis in Hengelo. We hadden kaartjes voor Maracanᾶ als Oranje de finale zou halen. Maar dat gebeurde niet. Het scheelde een decimeter. Mascherano scheurde zijn anus om Robben van scoren af te houden, Oranje was er nog een paar keer dichtbij, maar het lukte niet. Wel krijgen we het geld van de kaartjes terug van de Fifa minus € 20 administratiekosten. Zo doet de Fifa dat.

Vrijdagmorgen stonden we bij Maracanᾶ in de stad waar voetbal heel heilig is. We wilden de Sint Pieter van Rio graag even van binnen bekijken. Maar het vernieuwde stadion werd goed bewaakt. De veel te dikke negerman met op zijn blauwe Fifa-hesje het opschrift Security 0862, was onverbiddelijk. Mijn dochter stelde nog voor om erlangs te sprinten. De negerman zou kansloos zijn. Maar wij ook, want 50 meter verder stond een politieauto. Misschien zouden we dan ook niet kansloos zijn. Weliswaar stonden overal in die regio politieauto’s opgesteld, maar bij gebrek aan werk lagen de meeste agenten lui achter het stuur met hun mobieltje te spelen. Overigens is het mooi dat er tegenwoordig van die apparaatjes zijn. Dan kunnen mensen zoals deze politieboys, mensen die een uur met de metro moeten reizen of terrasbezoekers die elkaar niks te vertellen hebben, toch nog tamelijk zinnige dingen doen, in plaats van naar een onbekend punt in de verte te staren.

Zaterdagmiddag zagen we op een steenworp afstand van Copacabana in een ietwat louche barretje Oranje winnen van Brasil. Voor me zat een tachtiger met weinig tanden met grijze lokken tot op zijn schouders. Ik vroeg hem of hij voor Nederland was. “Nee”, antwoordde hij kortaf, “voor Rusland.” Ik zat op een kruk op drie meter van het scherm. Af en toe dwaalden mijn ogen af naar de blonde barjuffrouw, hetgeen ik mijn ogen niet kwalijk kon nemen. Brasil-NL was de gedroomde finale, maar helaas. Wij (vijf Oranje-fans in totaal) lieten goed merken dat we blij waren met de doelpunten en bleven er uiteindelijk nog lang hangen. Onder de vijf fans bevond zich opvallenderwijs nog een Wegdammer die in Hengelo woont. Ik zeg: in een zijstraatje van de wereldberoemde Copacabana zat ik niet alleen met mijn dochter, maar ook met nog een geboren Wegdammer naar de verliezersfinale te kijken. Het was Jan Willem Pigge, oud-speler van WVV, die in Hengelo op slechts honderden meters bij mij vandaan woont. Hij was speciaal voor dit weekend naar Rio afgereisd. Op de bonnefooi. Misschien kon hij nog een kaartje scoren voor de finale, je weet maar nooit. Jan Willem is een bereisd man als internationaal handelaar in vlees. Hij zag samen met zijn ‘baas’ Brian Wegdam ook al de wedstrijd tussen Nederland en Mexico in Fortaleza. Daarna vloog hij terug naar huis om een paar dagen later naar Rio te vliegen. Maar deze keer moest hij het net als wij met een tv-scherm doen. Het was gezellig. Tot ver na afloop.


Jan Willem werd anderhalf uur na de wedstrijd aangesproken door een Braziliaan die graag zijn Oranje shirt wilde hebben. Zelf droeg hij een shirt van zijn favoriete club Botafogo met achterop de naam van niemand minder dan Seedorf. De ruil ging door. Beide heren trokken de shirts over hun schouders en wisselden. 
De Brazilianen waren op een enkeling na niet boos of teleurgesteld over de 3-0 nederlaag tegen de Nederlanders. Ze vonden het best. Na de 7-1 tegen de Duitsers kon dit er nog wel bij. De andere morgen deelde de grootste krant cijfers uit. Een 2 was het hoogste cijfer. Scolari kreeg een 0. Van Oranje kreeg Robben kreeg een 8.5, idem Vlaar en Van Gaal. Terecht.


De finale keken we in de Palapitha Bar aan het Lagoa-meertje vlak bij Ipanema. Mooiere plekken zijn er nauwelijks op deze aarde. Links een steile rotswand van honderd meter hoog, in onze rug het Suikerbrood en rechts boven ons het beroemde Christusbeeld. Voor het megagrote scherm waren banken met tafeltjes geplaatst. Alles was bezet. Ik ging met mijn rug tegen een boom staan en volgde zo de wedstrijd. Het werd een lange zit. Mijn rug begaf het bijna. Ik zag nota bene dat de banken voor mij voor meer dan de helft bezet werden door vrouwen, waarvan meer dan de helft niet oplette. Ja, dan baal je behoorlijk. Ze kletsen wat, ze verzorgen hun uiterlijk of hun zeurende kindjes, ze gaan staan op een spannend moment et cetera. Was dan in het gras gaan zitten aan de boorden van het meer om de schitterende zonsondergang te bekijken! Of was ergens anders gaan recreëren op deze unieke voetbalzondag. Dat dacht ik stiekem wel een paar keer.

Toen Götze scoorde, sprong iedereen juichend op. Argentinië mocht in het vernieuwde Maracanᾶ de wereldbeker niet winnen. Dat had de Braziliaan niet kunnen verdragen in de walging die ze hebben van hun zuiderburen. 
En nu, op deze dinsdagmorgen, worden op het busstation van Rio de banieren en posters weggehaald. Het WK is verleden tijd. Ik ga op hoes an.

PS. Mijn eigen WK-pool is gewonnen door Bert Naber uit Lichtenvoorde. Hulde voor deze sympathieke voetbalkenner. Op de laatste plaats eindigde JvD uit Neede (uit privacy-overwegingen noem ik slechts zijn initialen). Beste Wegdammer was Paul Wegdam. Hij werd zeventiende. Zeven van de 40 deelnemers voorspelden dat Oranje de kwartfinale zou bereiken. Slechts één deelnemer tipte dat ‘we’ wereldkampioen zouden gaan worden. Dat had ook zomaar gekund. Tja en dan was ik er live bij geweest. Desalniettemin: Lang leve Louis.

Elftal met de beste WK-spelers volgens de Braziliaanse krant Folha.