Curator eist miljoen van Hengeveldse ondernemer wegens leasefraude

In het faillissement van de bedrijvengroep van een Hengeveldse ondernemer is 1,8 miljoen euro zoekgeraakt. Dat bleek vrijdag tijdens een zitting bij de rechtbank in Almelo. Curator Arco Blankestijn liet weten dat hij alvast een voorschot van een miljoen euro eist van de ondernemer, die volgens hem betrokken is bij grootschalige leasefraude.

Tien van de bv’s van de man gingen vorig jaar kort na elkaar failliet. Het ging onder meer om Aan de Stegge Snijtechniek (Hengelo), My Industrie, Fini Goor, Solid Metaal, Easy Metal en Handelsmaatschappij Goor. Blankestijn deed aangifte van grootschalige leasefraude en wil dat de ondernemer vijf jaar lang geen bestuurder meer mag zijn.

45 machines

De ondernemer bekende in eerste instantie dat hij 45 niet-bestaande machines had geleaset, maar kwam daar vrijdag op terug. Volgens hem had hij de machines wel gehad en later ingeruild. Bewijzen, zoals transportfacturen of boekhoudkundige registratie, ontbreken echter.

Curator Blankestijn reageerde fel: “Dat inruilverhaal is voor mij nieuw. Het is complete onzin. Meneer voerde een houtje-touwtjeboekhouding waar geen touw aan vast te knopen is. De boekhouding was een witwaswaserette vol spookfacturen.”

Commissies en schade

Machinehandelaren die de offertes voor de niet-bestaande machines verstrekten, ontvingen 10 procent commissie over het leasebedrag. Een van hen heeft inmiddels geschikt, met een ander lopen nog gesprekken. In totaal ging het om een leasebedrag van 3,7 miljoen euro.

De Hengeveldse ondernemer betaalde een deel terug, maar er staat nog 1,8 miljoen open bij de leasebedrijven en 1,2 miljoen bij de Belastingdienst.

Geen geld

Volgens advocaat Leen Hennink van de ondernemer heeft een eis van een miljoen euro weinig zin: “Mijn cliënt heeft geen rode rotcent, hij leeft van een bijstandsuitkering.” De ondernemer zelf gaf aan dat hij het geld gebruikte om zijn noodlijdende bedrijven overeind te houden: “Als ik nog een jaar had kunnen doorgaan, dan was het allemaal goed gekomen.”

Curator Blankestijn betwistte dat: “Dan was de schuld alleen verder opgelopen.”

Vervolg

Advocaat Hennink vindt dat de curator te gemakkelijk te werk is gegaan en dat er apart onderzoek moet worden gedaan naar alle tien failliete bv’s. Volgens hem baseert de curator zich te veel op aannames.