‘Je bleef boer in hart en nieren’

Op 14 juli is Geert Keuper overleden, Geert van de kaasboerderij. Hij mocht maar 67 jaar worden.

Ik heb Geert leren kennen als een soort werkgever en beschermer van mijn toen 13-jarige zoon. De klik was ontegenzeggelijk: Je moest Mart niets verkeerds over zijn Geert zeggen.
Meer dan zeven jaar waren ze minimaal wekelijks een dag bij elkaar, vaak veel meer. Mart:
‘Geert was altijd goed te pas en genoot van de kleine dingen’.

Het mooiste vond hij, als Mart dan de avond van tevoren een feestje had gehad en niet helemaal fris en fruitig op zijn boerderij verscheen.
“Man wat lachen!” klonk het dan uit zijn mond.

Al snel ging hij dingen uit handen geven, hij zag bij Mart dat het goed was.

Wij kwamen ooit terug van een verre vakantie, gelijk even een ‘bakkie doen’ bij Geert in de keuken. Hij had oprechte belangstelling met gefundeerde vragen vanuit een brede interesse.

Hulp vragen vond hij lastig, hij wilde niemand tot last zijn. Bij de huisarts aankloppen voor zwaardere pijnstillers? Of de zuurstof op het laatst bij zijn benauwdheid?
Bij alles cijferde hij zichzelf weg.

Hij had een tv’tje in de keuken waar hij dan bijna in kroop. Deze moest een kwartier van tevoren aangezet worden en dan klonk er continu een bromtoon:
“O! Doar wen ie wal an!”

Bij alles cijferde hij zichzelf weg.

 

Geert bij de buurman in de skybox van zijn FC Twente

Wat hebben we de laatste jaren wel met hem genoten. Bij ons mee in het busje naar zijn FC Twente, waar hij steevast een plek had naast zijn Enschedese vrienden Linda en Gerwin. Hij is zelfs op hun bruiloft geweest in zijn Grolsch Veste!
Na de wedstrijden was het steevast wat drinken bij de buurman in de skybox:
Daar cijferde hij zichzelf niet weg, zijn eetlust was fenomenaal.

Van de hele wereld, waar zou je graag nog een keer naar toe willen? Zijn antwoord was snel geformuleerd: “Schalke!”

Begin vorig jaar kreeg Geert de vraag:
“Geert, als je nou eens niet kijkt naar wat het kost of hoe ver het is. Van de hele wereld, waar zou je graag nog een keer naar toe willen?
Zijn antwoord was snel geformuleerd: “Schalke!”
En op de vraag wie er dan mee moest: Broer boer Jan!
Zijn Duitse favoriet heeft dat seizoen niet veel gewonnen, maar met Geert erbij lukte het wel!

Geert bij café de Burgemeester in Delden

Menig café in Delden heeft in de afgelopen maanden een bezoekje gehad van Geert met zijn vrienden. Je hoefde het hem maar voor te stellen, of het antwoord was er al met een prachtige glimlach. Bier en bitterballen bij café de Burgemeester; waarbij alle bitterballen naar Geert zijn gegaan.

Een Irish Coffee bij de Zwaan in Delden

Een Irish Coffee bij de Zwaan, dat was toch wel erg lekker. Dat was al halverwege Carelshaven, dat moest het volgende bezoek worden werd hem voorgelegd. Maar dat was een brug te ver, daar voelde hij zich niet thuis, dan was hij ook echt niet over te halen. Ondanks het feit dat hij wel apetrots was dan zijn zus Herma daar had gewerkt.

Hij liet maar zelden het achterste van zijn tong zien. Zijn gedachten dwaalden vaak af in het laatste half jaar, maar op de vraag of hij veel piekerde was het antwoord:
“Nee, het is nig aans. Ie köt der toch niks aan doon”.
Hij was nog op de Zomerfeesten dit jaar, op de zaterdagmiddag met Ben Vorgers en Rudi Ringeling. Daar werden hem bij binnenkomst de emoties even de baas. Wat ging er op dat moment toch allemaal door zijn hoofd?

Jan, Geert en Betsie met de Zuivelbroeders

In 2022 kwamen Bart en Erwin Spokketreef voor het eerst bij de familie Keuper op de koffie en leerden ook Geert binnen no time goed kennen. Dat vond hij geweldig.
Hij kwam met de rollator en later in de rolstoel vaak de Zuivelbroeders kijken als zij aan het werk waren in de zuivelruimte: “Muj nog vül ofvuln da? Oh dan hejt ook mooi gengs onni, maar dat mut ook! Betrokken bleef Geert.

De Zuivelbroeders, de klik was ontegenzeggelijk. Wat vond hij het mooi om ze op vrijdag een bezoekje te brengen als ze in Delden op de markt stonden. De gesprekken op de zaterdagen dat hij weer thuis was op zijn boerderij. En natuurlijk de klik met zijn Mart:
Hij kon de hele dag toekijken als zijn ‘Matje”, zoals hij zijn maatje noemde op de trekker aan het maaien of aan het schudden was.
‘Geert was altijd goed te pas en genoot van de kleine dingen’.

Geert met zijn maatje 'Matje'

Hij was boer in hart en nieren. Het woord agrariër vond hij maar niks. Dat paste bij zijn karakter; doe maar gewoon dan doe je gek genoeg. Hij was trots op zijn veestapel, vanaf Delden ging hij minimaal iedere zaterdag naar zijn vee. Werd er ingekuild op een andere dag, dan wilde hij daar toch ook wel graag bij zijn.
Iedere minuscule verandering op de boerderij viel hem op. Een nieuwe schudder of trekker, dan wilde jij het naadje van de kous weten. En het liefst de foto’s in het fotoalbum op zijn telefoon, die kon hij tot in den treure bekijken.
Hij kon wel vaker met de regiotaxi maar ja: Bij alles cijferde hij zichzelf weg.

Je bent als boer geboren en eindigde als boer. Dat zat in je genen.

Geert; Bedankt voor alles

Raymond Wegdam