Afscheid van een oer-WVV’er

Niet op de website van WVV’34, niet op Wegdam Nieuws. Het overlijden van de 91-jarige Arnold Hofmeijer, een van de beste spelers die ooit het groengele shirt heeft gedragen, heeft niet de aandacht gekregen die het had moeten krijgen. Op 9 juli is hij gestorven, zo meldt de overlijdensadvertentie. Dat is bijna twee maand geleden. Hij is haast alweer vergeten. Wie denkt er nog aan hem? Want zo gaat dat. Zijn uit Bentelo afkomstige vrouw Minie was al in 1993 gestorven en kinderen hadden ze niet. Ik wil echter toch graag nog even stilstaan bij de dood van Arnold, die in meerdere opzichten een bijzondere persoonlijkheid was. Het komt hem toe dat hij hier nog even op eerbiedwaardige wijze uitgeluid wordt. 

Regelmatig overkomt het me in de zomer. Bij terugkomst van vakantie neem je de kranten door en zie je een overlijdensadvertentie van een bekende. Dit jaar weer. Zoals ik al eerder schreef, was ik tijdens het WK voetbal in Brazilië. Bij thuiskomst lag er een grote stapel kranten op mij te wachten, want ik wil ze altijd nog even doorbladeren. Zo stuitte ik pas vorige week op de melding van Arnold Hofmeijers overlijden, de man die ik in de afgelopen jaren een aantal keren heb bezocht om meer te weten te komen van de beginjaren van WVV en om informatie te verkrijgen over spelers van vroeger. Ik ontmoette dan steeds een aimabele, weloverwogen man met een formidabel geheugen. Arnold werd jeugdlid toen WVV in 1934 werd opgericht. Hij was tien jaar en mocht er qua leeftijd nog niet eens bij. Ik heb het al eerder geschreven in een verhaal over de zes voetballende broers Hofmeijer. Arnold werd gematst door voorzitter/meester Roorda. Hij gaf de kleine Arnold er stiekem een jaartje bij en schreef hem in. Deze onreglementaire daad was prima, want Arnold zag het spel. Hij was technisch en moeilijk te passeren. Hij speelde bij de junioren, heel even in het tweede en debuteerde op een mooie zondag op de plaats van zijn geblesseerde broer Herman als midvoor in het eerste. Later werd hij centerhalf, zoals dat toen heette. Hij was jarenlang aanvoerder en was binnen en buiten de velden een persoonlijkheid die zelfs zijn robuuste broer Herman tijdens de wedstrijd af en toe tot de orde riep. Hij speelde ook een vijftal keren in het Twentse elftal.

BEHEERST
Ik sprak erover met Gerhard Rupert die vroeger een aantal jaren samen met Arnold in WVV 1 heeft gespeeld. Rupert heeft Arnold nog een paar keer bezocht in Haaksbergen op Het Saalmerink en was samen met zijn broer Bernard ook bij de afscheidsviering. Gerhard vertelde ook dat Arnold in de eerste twintig jaar van WVV van zeer grote waarde is geweest voor de club. Hij was jeugdtrainer en –leider en was de centrale man van het eerste elftal. ‘Arnold was altijd bijzonder rustig en beheerst.  Hij liet zich nooit opnaaien’, zei Gerhard. ‘Spelers zoals hij ben ik op de voetbalvelden zelden tegengekomen. ‘ Nog een specialiteit van Arnold: hij miste nooit een strafschop. Hij nam ze altijd hard en zuiver.
In het dagelijks leven was Arnold fijnbankwerker. De eerste helft van zijn loopbaan werkte hij bij Stork en de tweede helft op de UT. Hij was buitengewoon secuur. Bestelde machines moesten door hem gecontroleerd worden en als hij ze niet goed genoeg vond, liet hij ze terugsturen naar de fabriek. Op de UT was destijds sprake van de zg Hofmeijer-maat. Dat wilde zeggen dat alles wat gemaakt werd tot op de duizendste millimeter moest kloppen, anders was het niet goed.

SAALMERINK
De laatste jaren van zijn leven woonde hij dus op het woonzorgcentrum Saalmerink. Hij had wel last van wat kwaaltjes die bij het ouder worden horen, maar had het er verder goed naar zijn zin. De verrichtingen van WVV volgde hij nog steeds. Elke maandag zocht hij in de krant als eerste het verslagje op van de wedstrijd. De club is hem altijd dierbaar gebleven en voetbal bleef zijn hobby. Op zijn televisietoestel stond ook bijna dagelijks een voetbalwedstrijd. Zijn jongste broer Frans die in Hengelo woont, bezocht hem elke week wel één of twee keer en meestal was diens vrouw Annie erbij. Woensdagmorgen 25 juni kreeg Arnold een lichte hersenbloeding, een dag later een zwaardere, waardoor hij niet meer kon praten. Het slikken ging heel moeilijk . Twee weken later  sliep hij rustig in. Voorgoed. Hij was 91 jaar.


PS. Op de foto van WVV 1 uit de eind jaren veertig is Arnold op de onderste rij de derde speler van rechts.  De andere spelers zijn staand vlnr Jan Eijsink, Jan ten Thije, Herman Hofmeijer, Hendrik Schreijer, Louis Lette, Tony Smit. Onder: Bernard Rupert, Harrie de Witte, Gerrit ten Buuren, Gerhard Rupert en Arnold Wegdam.