Interview met Jan Lansink, winnaar van de “Gouden Schoffel 2022 “ vrijwilligersprijs
Jan Lansink en zijn vrouw Annette wonen sinds 1985 in Hengevelde, zijn ouders van Robert en Inge en hebben inmiddels 2 kleinkinderen. Geboren in 1953 en opgegroeid in stokkum (Markelo), vond Jan uiteindelijk zijn passie in de Tuinbouw, vooral gericht op onderhoud van tuinen en parken rond kastelen. De tuinen van het Warmelo, Nijenhuis, Diepenheim, Twickel, Singgraven en Huize Almelo waren vooral het domein van Jan. We besteden graag aandacht aan de winnaar van de W.V.V.’34 vrijwilligersprijs 2022.
Voor je inzet voor de club ontvang jij dit jaar de vrijwilligers prijs, de Gouden Schoffel 2022. Een enorme waardering voor al jouw inzet. Hoe vind je dit? “De ontvangst van de vrijwilligersprijs heeft me toch wel goed gedaan. We doen het groenonderhoud met de gehele ploeg, maar toch is de extra persoonlijke waardering wel mooi om te ontvangen”.
Helaas kon je wegens ziekte niet bij de uitreiking zijn, hoe gaat het nu met je? “Momenteel ben ik weer goed te pas. Heb wel ruim een week flink de griep gehad”.
Hoe ben je betrokken geraakt bij de groenploeg van W.V.V.’34? En kon je hier ook tijd voor vrijmaken? “Johan Wolbers, waarmee ik jarenlang in het 7e elftal voetbalde, vroeg me op een gegeven moment of ik er niet wat voor voelde om de groenploeg te helpen met het onderhoud. Ze waren in feite maar met 2 man, Johan zelf en Hendrik Workel, veel te weinig mankracht voor toch wel heel veel onderhoud. Ik heb in eerste instantie wel nee gezegd, per week werkte ik toen nog 40 uur, en dat koste me al veel inspanning.
Ik had (en heb nu nog steeds) veel last van de gevolgen van een incomplete dwarsleasie, die in 1999 begon. Na een zware longontsteking in 2010 heb ik besloten toch wat lichter werk te zoeken en dan het liefst in het groenonderhoud. Via Salut (vrijwilligersorganisatie) ben ik toen tuintjes bij bejaarden gaan verzorgen. Voornamelijk in Hengevelde ,Goor en Ambt Delden.
Daarna heb ik me na een verzoek van Richard Assink toch vrij snel aangesloten bij de groenploeg. Deze bestond uiteindelijk uit 4 man, Johan Wolbers, Jan Polman, Bennie Rupert en ikzelf. Via de WIA-uitkering heb ik in deze periode ook nog ruim 4 jaar gewerkt in de tuinen van Johan en Ingrid Vogt (loonbedrijf Geurs). Een paar halve dagen per week. Een heel goede werkplek, maar het vergde uiteindelijk toch teveel inspanning.
Ik werk nog altijd met veel plezier met de (inmiddels uitgebreide) groenploeg aan het onderhoud van de velden, hagen, borders en bestrating”.
Er gaan veel uurtjes in het onderhoud zitten van het sportpark, hoe plan je dit in? “Het is steeds een combinatie van onderhoud bij W.V.V.’34, eigen tuin (waar ook Annette veel doet) en de tuin bij het ouderlijk huis in Stokkum. Ook soms wat tijdelijk onderhoud bij de tuinen van de kinderen, Robert en Inge. Bij echt slecht weer of grote hitte moet ik het wel eens afzeggen, omdat het dan te veel inspanning kost. Ik werk wel graag ook vroeg in de morgen. Er moet natuurlijk nog wel tijd blijven voor andere leuke dingen, zoals een dagje uit”.
W.V.V.’34 kan gelukkig op veel hulp rekenen van vrijwilligers, dit is bij andere clubs wel eens anders. Waarin maakt W.V.V.’34 hier het verschil? “De gemeenschapszin is volgens mij in het algemeen hoog in Hengevelde, in ieder geval hoger dan in veel andere dorpen. Laten we dit vooral ook in de toekomst zo houden”
Wat is voor jou de belangrijkste drijfveer om vrijwilligerswerk te blijven doen voor de voetbalvereniging? “In de eerste plaats het behulpzaam zijn bij de vele werkzaamheden binnen de vereniging, die wanneer ze allemaal bedrijfsmatig worden uitgevoerd, de kosten voor de club wel behoorlijk doen oplopen. Minstens zo belangrijk voor mij is het sociale contact met andere vrijwilligers en betrokkenen bij de club”.
Vanaf 2006 werk je mee in de groenploeg, wat is er veranderd in de jaren? “Volgens mij niet zo veel, de vrijdagmiddag verloopt meestal op dezelfde gemoedelijke manier. Eerst serieus gepraat, de laatste dorpsroddels of gewoon “dom dramn”. Vervolgens een werkoverleg, waarna een paar uur driftig wordt gewerkt. Als beloning de koffie en nog wat later wat “fris”.
Je bent onderdeel van een hele grote groep vrijwilligers binnen de onderhoudsgroep, hoe is de sfeer binnen deze groep? “De sfeer is goed. Wat vooral blijkt tijdens het stampotbuffet aan het eind van het jaar. Men gaat heel goed met elkaar om en ik vind het ook erg gezellig. Tijdens het seizoen is de onderlinge sfeer en samenwerking goed”.
W.V.V.’34 staat bij veel mensen bekend om zijn goed onderhouden accomodatie. Hoe houden we dit in de toekomst ook zo? “Dit lijkt me vrij duidelijk, proberen steeds weer nieuwe mensen als vrijwilliger binnen te halen. Absoluut noodzakelijk omdat door ziekte of hoge leeftijd het vrijwilligerswerk een probleem kan gaan worden. Een paar jaar geleden werden binnen onze groep – van de 4 vrijwilligers – binnen een jaar Johan Wolbers en Jan Polman behoorlijk ziek. Inmiddels zijn ze beide weer opgeknapt en weer lekker aan het werk”.
Ook voor de toekomst is er zeker nog veel hulp nodig. Welke boodschap zou jij de jeugd mee willen geven om ook veel vrijwilligerswerk te gaan doen binnen de club? “Voor de jeugd zou ik als boodschap mee willen geven: wil je het hoge peil van de voorzieningen van de club graag zo houden? Bedenk dan dat het niet allemaal vanzelf zo blijft. Zorg ervoor dat je, waar mogelijk ook een aantal uren vrijmaakt voor de vereniging. Het geeft veel voldoening en je leert mensen op een andere manier kennen”.
Tot slot, namens het Bestuur van W.V.V.’34 en alle leden bedanken wij je voor je jarenlange inzet voor de club. De vrijwilligersprijs 2022 komt je van harte toe en we hopen nog vele jaren op je inzet te mogen rekenen.
(bron: www.wvv34.nl)