Ex-WVV-voorzitter Jan de Witte: ‘Zo kunnen we twintig jaar vooruit’

Het karakteristieke tikken van de biljartballen vormt een aangenaam achtergrondgeluid. Door de luidsprekers klinken bekende hits uit vroegere jaren zonder dat het storend is bij het interview met scheidend WVV-voorzitter Jan de Witte. We planden het gesprek op de tweewekelijkse biljartavond bij De Gebrande Waateren. Drie tafels zijn volop bezet. De vriendengroep van Jan heeft er één ter beschikking, de 40+club biljart op de andere twee. ‘Ik doe dit al jaren met veel plezier’, zegt Jan. ‘Het is een mooie smoes om geoorloofd naar de kroeg te gaan en je hoeft er niet voor te trainen, want iedereen kan het.’

Foto: Voorzitter Jan de Witte volgt tussen zijn vrienden een wedstrijd van het eerste elftal.


2009. WVV is 75 jaar. Jan wordt gefeliciteerd door zijn voorganger Harrie ten Dam.

DRIE DOELEN

Het is alweer ruim een maand geleden dat Jan de Witte afscheid nam als opperhoofd van WVV’34. Maurice Workel nam het leiderschap van de club over. Tien jaar was Jan voorzitter. Dat de KNVB hem eerde met een zilveren speld was zeer logisch, want onder zijn leiding bracht het bestuur van WVV veel tot stand. In willekeurige volgorde: kunstgras op het hoofdveld, een tribune, alle velden verlicht, een buitenterras, een geheel vernieuwde kantine en kleedkamers, een multifunctionele ruimte en buitenschoolse opvang, een speeltuin, de Ster Sponsors.  Jan begon vijftien jaar geleden als bestuurslid van de club met commerciële zaken als hoofdtaak. Hij zette onder andere het fenomeen ‘stersponsorschap’ in de steigers.
In 2005 nam hij de functie van voorzitter op zich, toen Harrie ten Dam stopte. Hij stelde zichzelf toen drie doelen. WVV moest financieel gezond worden, hetgeen destijds niet het geval was. Jan: ‘Er was geen schuld, maar ook geen vermogen.’


Het bestuur van WVV in 2009. Met staand vlnr Harrie Spekreijse,  Aloys Brummelhuis, Fons Semmekrot, Willy Stortelder, Jan de Witte, Bennie Asbreuk. Hurkend: Paul Wegdam, Arjan Wegereef, Richard Assink.

Ten tweede wilde hij dat de vereniging gezelliger zou worden. Er moest meer sfeer in de club komen. Jan: ‘Er waren toen veel groepjes. Ik stelde mij voor dat het weer een vereniging moest worden. Vooral Paul Wegdam en Richard Assink hebben veel aan het welslagen van deze doelstelling bijgedragen. Ze riepen de leiders bij elkaar en maakten bepaalde afspraken. Dat werkte.’
Als derde speerpunt wilde Jan betere faciliteiten scheppen voor goed voetbal. Ik heb me niet veel met het voetbal willen bemoeien, maar zorgde wel voor goed materiaal en andere voorwaarden.’
Onlangs nam hij afscheid en mocht constateren dat zijn plannen gerealiseerd zijn. Jan vat het als volgt samen: ‘We zijn financieel gezond en hebben nog wat reserves. Het is gezellig bij de club. Ons sportpark mag er zijn en we voetballen in de derde klasse. Financieel gezond zijn, dat is heel belangrijk. Je ziet het aan FC Twente. Als je geld tekort komt, is de sfeer stukken minder en staan ook de prestaties onder druk. Bij Rood Zwart zag je dat ook een aantal jaren geleden.We hebben een stabiel bestuur, ruim 350 leden en spelen in de competitie tegen clubs met 1000 leden. VIOD heeft er 1400, Varsseveld en Sportclub Lochem hebben er 1000. Rood Zwart heeft er 800, Bon Boys meer dan 1000. We zijn in de derde klasse C samen met RKZVC veruit de kleinste club. Het is knap dat we ons goed kunnen handhaven op dat niveau.’


Jan en broer André met hun ouders als zilveren bruidspaar in 1979.

INGENIEUR
Laten we het doopceel van Jan de Witte eens wat uitgebreider gaan bekijken. Openhartig vertelt hij hoe zijn leven in de eerste weken na de geboorte op 4 juli 1958 aan een zijden draadje hing. Hij was erg klein en het duurde dan ook enkele weken voor vader Harry en moeder Marietje gerust waren over de afloop. Jan had al een broer, de ook in Hengevelde niet onbekende André. Het gezin woonde korte tijd in Bentelo, maar verhuisde in die jaren terug naar Hengevelde toen een van de nieuwe woningen aan de Diepenheimsestraat – ook wel Kalverstraat genoemd -  aan hen toegewezen was.
Jan bezocht de lagere school, daarna de mavo in Delden, de MTS afdeling bouw in Hengelo en de HTS in Enschede.
Daarna deed hij de studie bedrijfskunde aan de UT en mocht zich ingenieur noemen in de civiele techniek. Jans broer André bewandelde dezelfde weg. De broers mogen zich allebei als ir. De Witte afficheren, maar kozen daarvoor beide de langzame route. Normaal doe je middelbare school en daarna de universiteit. ‘Ik was als scholier niet zo streberig’, verklaart Jan zijn keuzes. Tussendoor moest hij ook nog in militaire dienst, maar daarvan was hij na drie maanden al weer thuis wegens heimwee. Het leverde hem het predicaat S5 op. Het kwam hem goed uit, want hij kon daarna meteen door naar de HTS.

VAN WIJNEN
Toen hij in 1988 klaar was met de studie op de UT, kon het werkzame leven beginnen.  Na één jaar bij de PTT in Emmen werd hij projectleider bij Wessels in Rijssen. In 1995 stapte hij over naar Van Wijnen waar hij bedrijfsleider werd. Anderhalf jaar later werd hij directeur en leidde het bouwbedrijf met 120 man op de loonlijst. In 2000 stapte Jan over naar Van Wijnen Oost in Arnhem. Hij werd directeur voor de hele regio. In 2004 kreeg hij een aanbieding van concurrent Heijmans om daar directeur te worden van de vestiging Arnhem. ‘Nee, bij Van Wijnen waren ze niet blij’, zegt Jan. ‘Dat hadden ze nooit verwacht. Maar een succes werd het niet, want het bedrijf was beursgenoteerd. Daar waren ze drukker mee dan met het gewone werk. De richtlijnen van de beurs slokten heel wat uren op. Ze wilden dat de omzet van 60 miljoen euro naar de 85 miljoen zou groeien. Ik zei dat het niet kon, omdat we een andere tijd tegemoet gingen. We moesten saneren, vond ik. De grote baas was het er niet mee eens, waarna we ervoor kozen uit elkaar te gaan. Anderhalf jaar later zat het bedrijf dicht.’

In 2005 werd Jan benaderd door oud-Gorenaar Anton aan de Stegge om Paul BV Bouw & Ontwikkeling, een onderneming van Anton, uit te bouwen. ‘Het bedrijf moest weer opnieuw op poten gezet worden. Ik heb het gedaan, omdat ik aandeelhouder kon worden. Na een moeilijk eerste jaar lukte dat. In 2009 werd ik gevraagd door een Holding-directeur van Aan de Stegge of ik samen wilde gaan met het bedrijf Hardonk en Ebenau. De directie zette me onder druk. Ik heb ermee ingestemd onder de voorwaarde dat ze mijn aandelen terug zouden kopen.  Het bedrijf verhuisde naar Deventer en heette voortaan Paul Hardonk Bouw BV. Ik heb er nog drie jaar gewerkt als directeur. In 2012 ben ik er gestopt, omdat de hoofddirectie zich meer en meer wilde toeleggen op onderhoud en renovatie. Ik wilde dat niet, ik ben een bouwer, ik hou van grote projecten.’

Jan deed een jaar niks tot een golfvriend – Arjan Klok uit Nieuwleusen - hem om hulp vroeg. Zijn bedrijf had moeilijkheden. Jan wilde wel helpen. ‘Het begon met een halve dag, toen werd het één dag, twee dagen en zo ging het verder. Ik kwam er steeds dieper in te zitten en werk er nog. Ik ben er nu anderhalf jaar in dienst en intussen maken we weer winst. We maken voor negentig procent dakkapellen en zijn een van de grootste van ons land. Ik ben er ook aandeelhouder.’

Britt en Wes.

PRIVÉLEVEN
Dat was de interessante carrière van Jan. Maar de bouwer heeft ook een privéleven. Hij is vader van twee kinderen. Britt is 25 jaar en werkt als facilitair manager bij Drukkerij Roto Smeets in Deventer. Ze heeft facilitair management gestudeerd op de Saxion Hogeschool. Zoon Wes (22) studeert nog. Hij doet ICT op het Saxion. Hun moeder Vera Westendorp en Jan zijn in 1989 getrouwd. In 2012 ging Jan bij Vera weg en ruim een jaar later was de scheiding officieel een feit. Thans is Daniella uit Apeldoorn zijn partner. Ze werkt twee dagen per week bij Klok en daarnaast parttime in de huishoudelijke dienstverlening. Jan bewoont een appartement op de Pellehof, maar is ook vaak bij Daniella. Wat ook niet onvermeld mag blijven, Jan was als jeugdspeler bij WVV een van de besten van zijn leeftijd en speelde jaren in het eerste elftal, meestal als midvoor.


Het kampioenselftal in 1978. Achterste rij vlnr: trainer Henk Renssen, leider/bestuurslid Hennie Wegdam, elftalleider Gerrit Broekkamp, Alfons Assink, Marinus de Wit, Jan Hendriks, Richard Assink, Harrie Spijkerman, Nico ter Doest.
Voorste rij: Leo Kiezenbrink, Jan de Witte, Johan Velthuis, Sepp Bader, Clemens Kiezenbrink, Tonnie Jannink, Jozef Goselink, Jan Pierik. 
 

VOORZITTER
We gaan terug naar WVV’34, de club waarvan hij onlangs als bestuurder afscheid nam. Wat voor voorzitter was hij?
Jan: ‘Ik wilde ertussen staan, wilde niet de voorzitter zijn die om drie uur even komt kijken, hier en daar een opmerking of compliment maakt en weer vertrekt. Ik werkte zelf net zo hard mee, zoals meer bestuursleden dat deden als er gewerkt moest worden.’

Hoe kijk je terug op die periode van vijftien jaar als bestuurslid?
‘Heel goed. We hadden een mooi team. Fons Semmekrot was de man van mijn tweede doelstelling, de sfeer, de onderlinge band binnen de club. Hij heeft de club gereorganiseerd. Richard Assink was de man van de velden, Bennie Asbreuk, Alwie Brummelhuis en ik waren vooral bezig met het clubgebouw, het kunstgrasveld en de uitbouw. We hebben voor bijna een miljoen aan verbouwingen gehad inclusief het kunstgras. Er is veel gebeurd. We hebben onder andere handig gebruik kunnen maken van subsidiemogelijkheden of  handig boekhouden. We hebben veel zelf gedaan. Maar als we niet zulke goede hulp hadden gehad van sommige sponsors, waren we zeker niet zover gekomen. We kregen nooit “nee” te horen.’
  
Wat waren de hoogtepunten?


‘In sportief opzicht het kampioenschap in de vierde klasse en in de derde klasse. Vooral de laatste op het veld van Sportclub Lochem was een prachtige happening.  Dat was onvoorstelbaar mooi. Verder het 75-jarige en ook 80-jarige bestaan. Als bestuurder? Ja, dat is het sportpark. Als ik door de poort naar binnen loop is dat één groot hoogtepunt. Het ligt er zo mooi bij. Met behulp van velen ziet het er momenteel zo mooi uit. We kunnen hiermee twintig jaar verder.’

Geen wensen meer?
‘Ja, dat wel. Zonnepanelen op het dak van het clubgebouw en een nieuwe boiler.’

Dieptepunten?
‘Dan denk ik allereerst aan de overleden leden, waaronder mijn vrienden Tonnie Jannink, Henk Ziethof en Sam.’

Je hebt Sam uit de functie van kantinebeheerder moeten zetten. Zwaar?
‘Ja, dat was ook een dieptepunt. Dat kostte me moeite en pijn. Want hij was een vriend. Sam had veel vrienden, maar door zijn manier van doen ook vijanden. Toen staken de geruchten de kop op dat hij niet goed omging met de kas. Die bleven aanhouden. We hebben het nooit kunnen aantonen, maar hij moest wel stoppen. Hij was minder goed in orde en paste als persoon ook steeds minder goed bij die functie.’

Nam hij het jou kwalijk?

‘We woonden beide in de Pellehof. Hij had er wel vrede mee. Hij was toen al een behoorlijk zware suikerpatiënt.  Hij is ook later wel weer teruggekomen bij activiteiten van WVV.’

Waarom stopte je in september?
‘Ik wilde vorig jaar al stoppen toen ik er drie termijnen op had zitten. Zes jaar is eigenlijk de mooiste periode.  Ik was in 2014 al negen jaar voorzitter. Uitzonderingen komen voor. Maar we hadden in 2014 geen kandidaat. Maurice Workel wilde toen nog niet. Dit jaar zegde hij wel toe. Hij was gestopt bij het eerste elftal. Dat gaf de doorslag.’

Eind jaren zeventig en in de jaren tachtig was Jan jarenlang de spits van het eerste elftal,  in de nieuwe eeuw was hij midvoor van de hele club. Voortaan is hij slechts supporter. Hoe kijkt hij vooruit? Hoe ziet WVV er in 2020 uit? ‘Ik ben ervan overtuigd dat we dit niveau nog heel lang zullen houden. Dat is te doen. We hebben goeie jeugd met prima trainers. Gerrit Put heeft het goed opgezet, hij is gestopt en nu zal WVV ervoor moeten zorgen dat de aanvoer van de jeugd op peil blijft. Daarnaast moet het tweede elftal  hogerop. Dan wordt de stap naar het eerste elftal kleiner. Daarom is het momenteel een goede zaak dat oud-eerste elftalspelers als Maurice, Joost Assink, Roy Tuinte, Jos ter Huurne en Joost de Witte in het tweede spelen.’

JOHAN NEESKENS-ACHTIGE TYPES
Wat zijn WVV-spelers naar het hart van de oud-voorzitter? Hij noemt uit zijn actieve periode Johan Velthuis, Nico ter Doest en Clemens Kiezenbrink. ‘Omdat het spelers waren met veel passie, jongens die nooit opgaven, die altijd voorop gingen.’ Uit het grote arsenaal aan WVV’ers uit zijn periode als bestuurder kiest hij voor dezelfde types, de spelers die nooit versagen. ‘De Johan Neeskens-achtige types, daar heb ik veel waardering voor. Ik denk aan Bas Assink, aan Wouter Roescher en Tom ten Breteler. Op dat soort spelers kun je altijd rekenen. Als je het als elftal moeilijk hebt, slepen ze je erdoor. Jongens als Maurice Workel waardeer ik zeker ook. Die kon je met zijn scorend vermogen ook over een dood moment heen helpen. Ik zag hem afgelopen zondag nog vijf keer scoren in het tweede elftal. Vijf keer. Grote klasse.’

Al heel wat jaren is Jan naast WVV’er ook FC Twente-fan. Hij roemt Bryan Ruiz en Dusan Tadic. ‘Dat soort spelers mag ik graag zien. Fijne, geraffineerde voetballers waarvoor je naar het stadion gaat.’
Natuurlijk willen we ook nog weten wie zijn favoriete golfspeler is: ‘Dat is Rory McIlroy. Hij is geweldig met zijn fraaie stijl. Hij is enorm constant en blijft als persoon altijd heel normaal.’

RUSTIGER
Voor Jan rest een rol als geïnteresseerd kijker. De rol van WVV is in zijn drukke bestaan geminimaliseerd. Hij werkt in Nieuwleusen en woont afwisselend in Apeldoorn en Hengevelde. Die relatief grote afstanden neemt hij voor lief. ‘Het is fijn om niet dicht bij mijn werk te wonen’, zegt hij. Verder heeft hij geen verplichtingen. Om de week biljarten met de vriendengroep en elke week een keer golfen.  Hij is lid van de Golf & Country Club Hooge Graven in Ommen. Daarnaast was hij penningmeester van de Light House Club, een serviceclub van bouw gerelateerde bedrijven. Ook daarmee is hij gestopt. ‘Ik moest naar FC Twente, ik moest naar WVV. Dat is dus allemaal voorbij. Ik leid nu een rustiger leven, ben nergens meer aan verbonden, kan doen waar ik zin in heb. Daar was ik aan toe.’

 


1977, 19 jaar.


Voorzitters moeten ook regelmatig speechen.


Gezelligheid bij WVV, een van de doelen die Jan als voorzitter wilde bereiken.

Jan bij zijn afscheid als voorzitter van zijn club. Hij wordt toegesproken door een KNVB-official.